Met de jaaravond weide- en akkervogelbescherming is op woensdag 23 februari 2022 het beschermingsseizoen ingeluid. De jaaravond werd uitgezonden vanaf ons kantoor in Haaren en door ongeveer 200 betrokkenen bekeken. Directeur Joris Hogenboom opende de avond door te zeggen dat “het vrijwilligerswerk de afgelopen 2 jaar door Corona op een laag pitje heeft gestaan. Dit terwijl een belangrijk onderdeel van vrijwilligerswerk is dat je elkaar buiten ontmoet.”
Jaaravond weide- en akkervogelbescherming 2022
Ondanks beperkingen gingen in 2021 maar liefst 776 vrijwilligers op pad om nesten op te sporen, akker- en weidevogels te tellen en overeenkomsten af te sluiten met boeren. “Er is veel samengewerkt, maar wel op afstand”, vertelde provinciaal coördinator Jochem Sloothaak bij z’n terugblik. Fien Oost liet zien dat de resultaten over heel de provincie iets beter waren dan een jaar eerder, al zijn en blijven er grote verschillen tussen regio’s. Het totaal aantal legsels op de zandgronden is verder teruggelopen. In zo’n tien jaar tijd werden duizend kievitslegsels minder gevonden dan in de periode daarvoor. De aantallen op de kleigronden nemen juist toe (met 13% in 2021). Met maatwerkregelingen zijn hoopgevende resultaten behaald. Dankzij tijdelijke rasters is de lokale predatie enorm afgenomen en dankzij uitstel van maaien en ploegen overleven er meer kuikens (85% van de legsels kwam uit). In de twee kerngebieden voor weidevogels (Altena & Beerse Overlaet) zijn meer golfplaatplasdrassen aangelegd en nemen de broedparen mede dankzij die inspanningen toe. In de kuikenfase ging helaas veel mis. Zelfs in de gebieden met zwaar agrarisch natuurbeheer kwam het aandeel grutto’s en wulpen dat minimaal 1 jong groot wist te brengen niet boven de 55%. In 2021 voerden vrijwilligers ook akkervogeltellingen uit. Dit gebeurde onder andere in Steenbergen, Altena en Heeze-Leende. Hieruit bleek dat de aantallen en de diversiteit aan akkervogels op plaatsen met agrarisch natuurbeheer hoger zijn dan op plaatsen zonder beheer. Ook zijn in het PARTRIDGE demogebied in Altena de aantallen akkervogels van zeven indicatorsoorten de laatste jaren toegenomen.
De jaaravond stond verder in het teken van een ‘boerenlandvogelkennisquiz’, verbreding van de soortenbescherming en nieuw onderzoek. Tim Visser van Wageningen University gaf uitleg over zijn onderzoek naar de overleving en biotoopkeuze van kievitkuikens. Dit jaar zullen ook in Altena kieviten worden voorzien van GPS-zenders. Daardoor zijn de verplaatsingen van kievit-gezinnen exact te volgen. Hulp van vrijwilligers is in dit onderzoek van belang, omdat zij de onderzoekers helpen met het vastleggen van de biotoopkenmerken. De onderzoeksresultaten worden vervolgens terugvertaald naar adviezen voor beheer. Meehelpen? Stuur dan een e-mail naar weidevogelbeschermingbrabant@gmail.com. Het in 2016 gestarte kievitkuikenonderzoek in de Beerse Overlaet (met de blauwe pootvlaggetjes) zal in 2022 doorlopen. Dankzij deze onderzoeken kunnen we weide- en akkervogels gerichter beschermen.
Drie vrijwilligers vertelden op de avond over hun ervaringen bij hun werk voor de uilen (Ton van den Tillart), akkervogels (Henk van Diest) en de erfvogels (Chris van Lieshout) in Brabant. "We zien dat de populatie uilen gelijk blijft, maar het liefst zien we dit toenemen", trapt Ton van den Tillart van JNW Zijtaart af. "We beschermen zowel steen- als kerkuil, soorten die kenmerkend zijn voor kleinschalige landschappen rondom dorpen." Ook de ransuil heeft onze aandacht, maar daar kunnen we minder voor betekenen, behalve een kunstnest plaatsen. Als uilenwerkgroep orienteer je je op geschikt biotoop voor een geschikte plek voor de nestkast. Daarna gaan we in gesprek met de grondeigenaar (gastgever). In de zomer vinden er dan nestkastcontroles plaats waarbij we letten op onder andere het aantal broedsels. Vorig jaar mochten we 13 broedgevallen steenuil en 3 broedgevallen kerkuil noteren.
Henk van Diest, Altenatuur, nam ons mee naar de wereld van akkervogels. Door maatregelen te treffen als de plaatsing van een plas-draspomp "kunnen we gebieden onder water zetten, waardoor vogels zich kunnen 'opvetten', belangrijk voor de eierproductie", zo legt Henk uit. Het in 2017 opgerichte Interreg-project 'PARTRIDGE' doet een extra duit in het zakje. In de provincie Noord-Brabant zijn Oude Doorn (518 hectare) en Genderen (478 hectare) aangesteld om te komen tot een ideaal patrijslandschap. Het demonstratiegebied 'Oude Doorn' is ingericht met diverse maatregelen als akkerranden, keverbanken en bloekblokken. Referentiegebied 'Genderen' dient als spiegelgebied om landschappelijk goed te kunnen vergelijken met het demonstratiegebied 'Oude Doorn'. "De resultaten zijn veelbelovend. Je geniet niet alleen van vogels, maar kunt er ook iets voor doen."
Na een kleine uitloop in Henk zijn verhaal nam Chris van Lieshout, Vogelwacht Uden, het stokje over. "Daar waar we net gesproken hebben over uilen en weidevogels houd ik me met de Vogelwacht bezig met erfvogels." Binnen het in 2016 gestarte project 'ErvenPlus' van Brabants Landschap zijn we begonnen met het biodiverser inrichten van Brabantse erven. Soorten als huis- en boerenzwaluw hebben hulp nodig bij het vinden van klei en leem voor het maken van een nest. Dit wordt steeds moeilijker door het 'opruimen' van erven. "Mijn oproep is dan ook, ruim het erf niet op, leg het ergens neer in de vorm van een takkenril, dat is belangrijk voor een heleboel beesten." Om boeren en buitenlui hierbij te helpen, is de zogeheten 'erfscan' bedacht. Een particulier of boer geeft zich via de website van Brabants Landschap op voor het project. Daarna wordt bepaald of de aanmelding in aanmerking komt voor subsidie. Vervolgens volgt een adviesgesprek bij de deelnemer thuis met een erfscanner. Die bekijkt het erf, maakt een inschatting en als laatste een 'erfscan', een schets met advies voor verbeteringsmaatregelen. "Ik heb nu al zo'n 106 erven mogen helpen op deze manier", vertelt Chris trots. Hierin is communicatie een cruciale factor voor succes. "Door mijn roots (ben afkomstig uit Uden) accepteren de mensen mijn advies beter dan als het van een vreemde komt. Enkele leuke resultaten uit 2021: elk jaar is de populatie torenvalken verbeterd door het plaatsen van torenvalkkasten. Ook de steenuil deed het goed met een verdubbeling in het aantal broedgevallen de afgelopen 5 jaar. "Bijzonder trots ben ik op de uitbreiding van onze schaarse huiszwaluw. We hebben nu zo'n 40 tot 50 huiszwaluwnestjes, in 2020 zelfs 165, helaas in 2021 wat minder. Ik zie ernaar uit om ook de erfscans en contacten met de mensen weer te krijgen: het mag gewoon weer gebeuren!"
We zijn trots op onze vrijwilligers die zich al vanaf 1994 belangeloos inzetten. Sinds die tijd is er veel veranderd en is het beschermingswerk professioneler en technischer geworden. Het agrarisch natuurbeheer is een belangrijk hulpmiddel geworden om het werk van vrijwilligers te versterken.
Gedeputeerde Hagar Roijackers sloot de avond af met een heldere boodschap aan alle vrijwilligers. "De overlevingskans van kuikens is zonder jullie hulp en maatregelen slechts 5% en met jullie hulp 80%. Dat zit hem met name in jullie liefdevolle handen en volharding. Belangrijk is ook dat de provincie hier oog voor heeft en houdt, en dat we de jeugd blijven betrekken bij natuurbescherming. Jongeren (vooral vanuit de stad) laten (in)zien wat de waarde is van 'groen dichtbij'. Dat is belangrijker dan ooit!" Ze vervolgt haar verhaal met een opsomming aan middelen die vanuit de provincie vrij worden gemaakt voor akker- en weidevogels in Brabant, in ieder geval voor de komende 2 jaar. Hierin wil ze beheer met behulp van de steun van vrijwilligers mogelijk maken, vooral het zwaardere beheer. Meer geld gaat er komen, vooral in samenwerking met buurprovincies als Limburg. De provincie heeft als doel gesteld om de biologische landbouw in onze provincie, naar 15% te halen. Nu is dat slechts 2%. 500 natuurinclusieve boeren gaan erbij komen, waarbij we meer gaan doen op insectenrijk grasland. Ze eindigt met een krachtige afsluiter: "We hebben het bar en boos laten worden in dit klein stukje land. Ik hou mijn oog op de bal: op de natuur. Ik hoop nog vaak met eigen ogen te mogen bekijken wat er mogelijk is. Dank jullie wel voor het redden van 4.000 nesten."