Boom-planten

De overmatige neerslag van stikstof in onze natuurgebieden is één van de grootste oorzaken van de drastische afname van plant- en diersoorten. De oplossing om deze schadelijke neerslag te verminderen is niet eenvoudig en zorgt voor veel maatschappelijke onrust: bouwprojecten lopen vertraging op en de gewenste transitie in landbouw en industrie stuit op veel weerstand. Gelukkig zijn er ook veel bedrijven en boeren met wie we kunnen denken en werken aan een gezonde leefomgeving voor mens, dier en plant.

Waarom is stikstof een probleem?

Stikstof zelf is niet giftig, zo’n 80 procent van de lucht die we inademen bestaat uit stikstof. De stikstofverbindingen – chemische stoffen waar stikstof een onderdeel van is, zoals ammoniak – zijn wel giftig en dus schadelijk voor de natuur.

De neerslag van stikstof veroorzaakt twee problemen: vermesting en verzuring. Stikstof is een meststof die ervoor zorgt dat planten die van voedselrijke omstandigheden houden gaan overheersen, en daardoor andere soorten verdrukken. Bij een teveel aan stikstof kunnen heidegebieden vergrassen, en krijgen enkele dominante soorten sterk de overhand. Dieren die afhankelijk zijn van de verdrukte soorten, krijgen het steeds moeilijker. Teveel stikstof leidt ook tot verzuring van de bodem. Daardoor lossen noodzakelijke mineralen, zoals calcium en magnesium, op in de bodem. De mineralen spoelen uit naar het grondwater en zijn niet meer beschikbaar voor de planten en dieren die ze nodig hebben. Dit leidt tot tekorten bij allerlei soorten in de voedselketen. Tot slot leidt verzuring ook tot achteruitgang van allerlei schimmels en ander bodemleven, die van grote betekenis zijn voor onder meer de vitaliteit van bomen. De gevolgen van teveel stikstof zijn groot en worden steeds zichtbaarder. 

Hoe kunnen we de stikstofuitstoot verminderen?

Cruciaal is om de stikstofbelasting op de natuur sterk omlaag te brengen. Daarvoor moeten verschillende sectoren hun uitstoot verminderen. De landbouwsector moet bijvoorbeeld minder ammoniak gaan uitstoten. Dit kan door het toepassen van andere stalsystemen en door het verminderden van het aantal dieren. De industrie zal schoner moeten gaan produceren. Uitstoot van het verkeer kan worden verminderd door meer elektrisch te gaan rijden. De overheid is aan zet om uitvoering te bevorderen.

De provincie Noord-Brabant kondigde in maart 2023 een stop aan op het verlenen van vergunningen voor activiteiten die voor meer stikstofuitstoot zorgen rondom Natura2000-gebieden. Brabants Landschap is niet ‘blij’ met de vergunningenstop, omdat hiermee bevestigd wordt dat de natuur helaas nog steeds verder achteruitgaat. En het leidt tot veel problemen voor mensen, initiatieven, ondernemers. We zien tegelijkertijd dat de provincie geen ander besluit kan nemen. De enige weg om uit dit dal te komen is te zorgen voor een gezonde natuur. Dat vraagt verminderen van stikstofuitstoot en maatregelen voor water- en natuurherstel.

Hoe kunnen we de natuur herstellen?

In Brabant wordt in zeventien gebieden gewerkt aan een gebiedsgerichte aanpak voor natuur, water en landbouw. Dit gebeurt door de provincie, waterschappen, natuurorganisaties, landbouw en gemeenten. In negen van deze gebieden is Brabants Landschap actief betrokken. In deze gebieden hebben wij een goed beeld van wat nodig is en zetten we onze kennis en menskracht in. Hieronder noemen we een aantal maatregelen die wij in onze gebieden nemen om de gevolgen van stikstof te verminderen. Het meest cruciaal is echter om de stikstofuitstoot sterk te verminderen, anders blijft het dweilen met de kraan open en blijft de natuur verder achteruit gaan. 

  • Opslag verwijderen
    Een veelvoorkomende maatregel is het verwijderen van opslag (jonge opkomende boompjes) in heidegebieden en langs vennen. Afhankelijk van de grootte van de bomen wordt er gemaaid, begraasd of gekapt. 
  • Begrazen
    Een manier om de heide en de vennen in stand te houden, is het laten begrazen van de heide en de venoevers. Het is een reguliere beheermaatregel. Dat wil zeggen dat sowieso voor het behoud van de heide vaak begraasd wordt. Maar in het kader van de stikstofaanpak is extra geld beschikbaar om meer en vaker te begrazen. Met name schapenbegrazing wordt hiervoor ingezet. De schapen verblijven op sterk vergraste stukken binnen een flexibele afrastering, zodat ze hier het gras extra intensief afgrazen. Op plekken waar de bodem erg ongelijk is, wordt begrazing ook wel ingezet als alternatief voor maaien. 
  • Plaggen
    Om variatie te houden in de leeftijd en hoogte van de heide, worden gedeeltes van de heide geplagd. Zo ontstaat een pionierssituatie, waarbij naast heide ook andere planten de kans krijgen te ontkiemen. Het plaggen wordt bij voorkeur op sterk vergraste plekken uitgevoerd. Deze maatregel vindt vooral plaats op de armste 'stuifzandheiden', waar open zand van nature deel uit maakt van de heide. Ook wordt geplagd langs venoevers, waar veel plantensoorten afhankelijk zijn van kale grond. 
  • Chopperen
    Chopperen is een vorm van verdiept maaien of van ondiep plaggen, afhankelijk van de diepte waarop de machine wordt afgesteld. Bij chopperen blijft de strooisellaag aanwezig, waardoor niet alle essentiële voedingstoffen verwijderd worden. Chopperen vindt vooral plaats op droge en vochtige heide en in venachtige laagtes waar op de dichte strooisellaag water kan blijven staan.
  • Maaien en afvoeren
    Deze maatregel kan genomen worden op heidevelden, maar wordt ook veel toegepast in graslanden. Bijvoorbeeld blauwgraslanden, die alleen voorkomen op zeer voedselarme, natte gronden. Door extra te maaien en het maaisel af te voeren, kan een teveel aan voedingsstoffen (zoals stikstof) verminderd worden.
  • Toedienen mineralen
    Om het tekort aan essentiële mineralen te herstellen is het soms nodig ze opnieuw toe te dienen. Dit kan gebeuren in de vorm van kalk. Dat is een voedingsstof die onmiddellijk door de wortels van planten kan worden opgenomen. Maar er wordt ook gebruik gemaakt van steenmeel. Steenmeel is gemalen gesteente dat een breed scala aan mineralen bevat. In tegenstelling tot bijvoorbeeld kalk is dit niet direct beschikbaar voor plantenwortels. Steenmeel zal eerst opneembaar gemaakt moeten worden. Dit gebeurt door natuurlijke chemische reacties in de bodem en door bacteriën. Kalk wordt vooral gebruikt om zuurpieken af te vlakken die bij het plaggen ontstaan. Steenmeel wordt toegepast om op ecosysteemniveau mineralen terug in het systeem te brengen, zodat ze langdurig aanwezig blijven.
  • Venherstel
    In voedselarme vennen leidt een hoge stikstofneerslag tot meer plantgroei en dominantie van snelgroeiende planten. Door het nemen van gerichte herstelmaatregelen – zoals het verbeteren van de waterhuishouding in de omgeving, het verwijderen van de sliblaag of het plaggen van de oevers - kunnen we dit tegengaan.
  • Bosrevitalisering
    Met bosrevitalisering bedoelen we maatregelen die de kwaliteit van het bos verbeteren. Zeker op droge zandgronden staan bossen onder druk door verzuring van de bodem en verdroging. Door gerichte maatregelen zoals het planten van ontbrekende loofboomsoorten en het herstellen van de waterhuishouding wordt gewerkt aan het verbeteren van de kwaliteit. 

Lees meer over stikstof

Cookies

Brabants Landschap gebruikt cookies om bijvoorbeeld de website te verbeteren en te analyseren, voor social media en om ervoor te zorgen dat je relevante content te zien krijgt. Als je meer wil weten over deze cookies, raadpleeg onze Cookie policy. Bij akkoord op deze cookie policy geef je Brabants Landschap toestemming voor het gebruik van optimale cookies op onze website. Klik op “Instellingen aanpassen” om je voorkeuren te wijzigen. Als je meer wil weten over hoe wij omgaan met je persoonsgegevens, raadpleeg dan onze Privacyverklaring

Cookies accepteren Instellingen aanpassen