Een 150-tal vrijwilligers en gastgevers bezochten op woensdagavond 10 mei de jaaravond van de vrijwillige Uilenbescherming Brabant. In Theater de Speeldoos vond hiermee de aftrap van een nieuw uilenseizoen plaats. Eerst met een terugblik op het afgelopen seizoen, om vervolgens vooruit te kijken naar wat het nieuwe jaar ons zal brengen. Twee gastsprekers zorgden voor extra verdieping op het avondvullende programma.
Jaaravond vrijwillige Uilenbescherming 2023
Belangrijke samenwerking
Joris Hogenboom mocht als directeur van Brabants Landschap alle aanwezigen welkom heten. Hij benadrukte nog maar eens de toegevoegde waarde van de samenwerking met vrijwilligers en gastgevers. “We werken allemaal vanuit onze eigen betrokkenheid samen aan het versterken van het landschap. Daar spelen jullie als uilenbeschermers een belangrijke rol in.”
Hierna beklommen Fien Oost en Lisa van den Biggelaar het podium. Zij vertelden meer over de resultaten van het afgelopen jaar. Door een lage muizenstand (hoeveelheid muizen in een gebied) hadden de uilen het moeilijk om zichzelf en hun jongen te voeden. Hierdoor werden van met name kerkuilen minder broedsels waargenomen. Dit is een bekend fenomeen, want de muizenstand verschilt van jaar tot jaar. Komend jaar lijkt tot nu een beter seizoen te worden voor de uilen. Dat de kuikens van de ‘kantooruilen’ van het hoofdkantoor van Brabants Landschap twee weken geleden al geringd werden, is daarvan een mooi voorbeeld.
Tekst gaat verder onder de foto
Stijgende lijn
De oehoe vestigt zich steeds vaker in Brabant. Scipio van Lierop van Oehoewerkgroep Nederland kwam dan ook meer vertellen over de grootste uil van Europa. Scipio toonde aan dat de oehoe adembenemend is, want de zaal was muisstil tijdens zijn presentatie. Na een korte introductie van de soort – we weten nu dat zijn nagels even lang zijn als het lemmet van een aardappelschilmesje – ging hij over tot het aantal broedgevallen in Brabant. Sinds 2012 zit er een stijgende lijn in het aantal waargenomen oehoes in Nederland, en ook in Brabant vertoont de oehoe zich steeds meer. Scipio: “Met name bosgebied is erg geliefd in Brabant. Daar zitten vaak oude roofvogelnesten waar de oehoe graag gebruik van maakt. Het bosgebied moet dan wel toegankelijk zijn, dus met voldoende ruimte tussen de bomen. Anders komt de grootste uil van Europa met zijn 1m80 spanwijdte niet door het bos heen.”
Na de pauze deed Guido Desmarets van Steenuilwerkgroep Zuid-West-Vlaanderen onderzoek over de steenuil uit de doeken. Gekleed in een t-shirt met steenuil erop, vertelde hij geanimeerd over de broeddispersie (verplaatsing tussen geboorteplaats en nieuwe plek) van de steenuil. De data die de groep uit Zuid-West-Vlaanderen verzamelde toont aan dat steenuilen na uitvliegen eerst andere kasten opzoeken, maar vaak na jaren toch terugkeren naar hun geboorteplaats. Dringende oproep vanuit Guido was dan ook: “Laat kasten die al jaren niet bewoond zijn gewoon hangen.” Hij nam tijdens zijn verhaal ook nieuwe onderzoekstechnologieën zoals IA op de hak. “ChatGPT vertelt ons eigenlijk een globaal verhaal, terwijl de data duidelijke feiten toont. Let the data do the talking, not IA.”
Tekst gaat door onder de foto
Uilenbeschermer van het jaar
Vaste prik op het programma is de uitreiking van de Uilenbeschermer van het Jaar. Na een spannende inleiding door de voorzitter van Brabants Landschap, de heer J.A.M. Vos, werd duidelijk dat de eer dit jaar te beurt viel aan Adrie Staals, coördinator van de uilenwerkgroep binnen Hei, Heg en Hoogeind. Zijn onvermoeibare inzet voor de kerk- en steenuilen, en daarbij het geven van educatie aan gastgevers, schoolkinderen en hun ouders maakt dat hij deze titel meer dan verdiend heeft.
Na alle boeiende presentaties en anekdotes over onze Brabantse uilen werd de avond afgerond door Fien Oost. Zij lichtte nog kort het Groenloket toe, waar men advies kan inwinnen om eigen terrein (zoals erf of grond met bestemming (agrarische) natuur) te vergroenen om het landschap te versterken. De avond werd afgesloten met de mededeling dat de oude valsets ingeleverd moeten worden en dat nieuwe valsets klaarliggen. Zo kunnen beschermers opnieuw veilig en wel de hoogte in om de uilen van goed onderdak te voorzien.
Wil je meer weten over het afgelopen uilenbeschermingsseizoen? Lees dan het jaarverslag 2022.