Brabants Landschap, Stichting Landschapsbeheer Zeeland, Het Zeeuwse Landschap en Vogelbescherming Nederland startten in oktober 2016 samen met organisaties uit verschillende Europese landen met het PARTRIGDE project, wat op 6 juni 2023 werd afgerond. Het doel van dit project was om de achteruitgang van de patrijs te stoppen en de biodiversiteit op akkerlanden te vergroten met 30 procent. Met de resultaten van PARTRIDGE laten we zien hoe moderne akkerbouw hand in hand kan gaan met de natuur.
Samenwerken aan biodiversiteit
In Nederland is het aantal patrijzen sinds de jaren 70 met ruim 95% afgenomen. Door intensivering van de landbouw en toegenomen gebruik van pesticiden is het agrarische landschap sterk veranderd. Om efficiënter te kunnen boeren zijn veel akkerranden omgeploegd en zijn veel hagen en struwelen verwijderd. Hierdoor is het voor de patrijs lastig geworden om een veilige plek te vinden om zijn nest te bouwen en voldoende voedsel bij elkaar te scharrelen om de winter door te komen. Dit geldt niet alleen voor de patrijs, maar ook voor andere akkervogels zoals veldleeuweriken, ringmussen en grauwe gorzen. Veel broedvogels die ooit zo gewoon waren staan nu op de Rode Lijst. Zonder actie was de kans aanwezig dat de patrijs misschien zou verdwijnen uit Nederland. Dat was genoeg reden om PARTRIDGE te starten.
PARTRIDGE en de Nederlandse demogebieden
In 2013, het Jaar van de Patrijs, zijn er een aantal voorbeeldprojecten gestart om te laten zien dat het mogelijk was om het leefgebied van de patrijs te verbeteren. Hiervoor werd inspiratie gehaald uit omringende landen en hoe zij omgingen met patrijzenbescherming. Dit leidde in 2016 tot het besluit om internationaal de handen ineen te slaan en in actie te komen voor de patrijs. Samen met organisaties in Engeland, Schotland, Duitsland, België en Denemarken werd er een subsidieaanvraag gedaan bij de Europese Unie voor het project PARTRIDGE. Met deze subsidie zijn 10 demogebieden gecreëerd, verspreid over de deelnemende landen, waarin specifieke maatregelen genomen zijn om betere leefomstandigheden te creëren voor de patrijs. Twee van deze demogebieden lagen in Nederland, waarvan één in Schouwen-Duiveland in Zeeland en één in het Land van Heusden en Altena in Brabant. Het demogebied in Brabant, de 'Oude Doorn', was 518 ha groot. Het streven bij aanvang van het project was om 7% van het oppervlak optimaal in te richten met maatregelen voor de patrijs. De wens was om de achteruitgang van de patrijs een halt toe te roepen én de biodiversiteit met 30% te vergroten. Om de vergelijking te kunnen maken tussen een gebied met en zonder maatregelen, lag er een referentiegebied in nabijgelegen Genderen.
Het ideale patrijzenlandschap
Gelukkig weten we dankzij onderzoek voor een groot deel wat de patrijs nodig heeft. Patrijzen leven in open en halfopen landbouwgebieden, met een voorkeur voor akkers. Variatie in dit landschap is de sleutel voor behoud van de soort. Het liefst zien we een het landschap met een verscheidenheid aan gewassen, afgewisseld met landschapselementen als graanranden, bloemenblokken en bermen, houtwallen en hagen. Deze elementen bieden nestplekken voor de patrijs, insectenrijke vegetatie voor opgroeiende kuikens en genoeg wintervoedselaanbod voor volwassen patrijzen om de winter door te komen. De patrijs is een standvogel en blijft het liefst het hele jaar door op dezelfde plek. Hierdoor moet het gebied waarin hij verblijft ook het hele jaar door geschikt zijn. Hiervoor treffen we het hele jaar door verschillende maatregelen zoals keverbanken, bloemenblokken, insectenrijk grasland en patrijzenhagen. Deze elementen trekken veel insecten aan en bieden voldoende voedsel in de winter, ook voor andere vogels. Als het goed gaat met de patrijs, gaat het goed met de biodiversiteit in een gebied. Om deze reden is de patrijs het boegbeeld geworden van het Nederlandse akkerlandschap.
De sleutel tot succes
Samen met alle partners is er de afgelopen jaren nauw samengewerkt met agrariërs, agrarische collectieven, wildbeheereenheden en vele gemotiveerde vrijwilligers om te laten zien dat voldoende kansrijke maatregelen in een agrarisch gebied een groot positief effect heeft op de biodiversiteit. Een essentieel onderdeel om dit project te laten slagen was kennisuitwisseling en voorlichting over de bescherming van de patrijs met boeren, beleidsmakers en het brede publiek. In de demogebieden zijn dan ook informatieborden te vinden waarop uitgelegd wordt hoe de patrijs te herkennen is. Daarnaast hebben er vele excursies en lezingen plaatsgevonden, en zijn er maatregelen uit PARTRIDGE terecht gekomen in het nieuwe stelsel van agrarisch natuurbeheer. Het project liep af in 2023, waarna de resultaten zijn gepubliceerd. De kernboodschap die alle projectpartners willen uitdragen is duidelijk: herstel van de biodiversiteit in het agrarisch landschap is mogelijk, maar alleen bij voldoende, goed beheerde maatregelen.
Interreg-subsidie
PARTRIDGE is een Interreg-project, gedeeltelijk gerealiseerd met Europees geld. Cofinanciering is beschikbaar gesteld door Provincie Noord-Brabant, Provincie Zeeland, Vogelbescherming Nederland en particuliere donoren die voor dit project een bijdrage doneerden aan de Vogelbescherming.
Meer lezen
Internationale projectwebsite over PARTRIDGE